Op 30 november 1942 komen vanuit Maastricht 52 gevangenen binnen die zijn opgepakt als gevolg van het ”Hannibalspiel”.
De gevangenen behoorden tot drie samenwerkenden verzetsgroepen, te weten:
- ‘groep Erkens’, een Rotterdamse verzetsgroep
- ‘groep Clarence, een Limburgse/Belgische verzetsgroep
- ‘groep Luc’, een Belgische verzetsgroep.
Het proces tegen hen begon op 29 juli 1943 op de zolder van de Utrechtse gevangenis. Twee en twintig van hen zouden de oorlog niet overleven. Elf vonden de dood voor een vuurpeloton en de anderen kwamen om in concentratiekampen.
Eén van de personen die belast was met het onderzoek naar deze verzetsgroepen was de Duitse Oberleutnant Ulrich Schwartz uit Bremen. Hij was gefascineerd door het verhaal van Hannibal die over de Alpen trok en vertelde dit verhaal tegen iedereen met wie hij samenwerkte. Toen het onderzoek een naam moest krijgen, was de keuze niet moeilijk.